In 1992 werd het Parque Nacional Piedras Blancas afgesplitst van het Parque Nacional Corcovado. Het park is 140k km² groot en beschermt de bergen ten noordoosten van de Golfo Dulce. Hier is behoorlijk wat flora en fauna te spotten, zeker ook omdat het gebied nauwelijks wordt bezocht door toeristen. Ook zijn er instanties die hier dieren weer uitzetten. Zo worden er ara’s vrijgelaten en worden ook wilde katten zoals de ocelot en margay weer uitgezet wanneer deze worden worden meegenomen bij mensen thuis, die de dieren als huisdier houden. In het Parque Nacional Piedras Blancas zou er evenveel wildlife te zien zijn als in Corcovado. Wilde katten, alle apensoorten, krokodillen, kikkers en maar liefst 330 soorten vogels. Maar het is door de dichte bebossing veel lastiger om de dieren te spotten, als in Corcovado waar je verplicht bent om met een gids te lopen.
Wandelen door het gebied kun je vanuit het Esquinas Rainforest Lodge. Deze accommodatie heeft er mede aan bijgedragen dat het gebied van Piedras Blancas als een nationaal park werd gezien. Vanuit hier kun je kaarten en laarzen meenemen voor de wandelingen. De laarzen zijn raadzaam om aan te trekken, vanwege het wispelturige weer wat ineens kan omslaan. De paden zijn goed aangegeven, maar enkele routes zijn nauwelijks gelopen waardoor het pad soms erg slecht zichtbaar is en er rare capriolen moeten worden uitgehaald om je route voort te zetten. De 8 kilometer lange Fila trail is bijvoorbeeld een route die nauwelijks wordt gedaan door mensen, omdat dit de lastigste en langste is.
Land