Reistips voor Parque Nacional Madidi

Het Parque Nacional Madidi is pas in 1995 opgericht en is niet heel erg bekend. Wetenschappers denken dat dit park het rijkste natuurgebied is van heel Zuid-Amerika. Doordat het gebied niet heel erg toegankelijk is, leven hier ook veel dieren. Tot dusverre zijn er 700 diersoorten en meer dan 1000 vogelsoorten geteld. Maar liefst 11% van alle vogels ter wereld zijn hier te zien. Enkele jaren geleden is er nog een nieuwe apensoort ontdekt. In het water leven zes soorten krokodillen, in de jungle leven onder anderen nachtaapjes, de brilbeer, manenwolf, tapirs en grotere katachtigen. Er worden studies gedaan naar jaguars middels bewegingscamera’s. En wie weet welke dieren hier nog meer leven. Er zijn zelfs verhalen over een reuzenaap die hier zou moeten leven.

Het Nationale Park bestrijkt een gebied van 18.959 km² en reikt tot aan Peru. Door deze enorme grootte is het gebied nog relatief onbekend bij toeristen, maar ook bij wetenschappers. Het hart van het park is nog nooit onderzocht. Daarmee kan met recht gezegd worden dat dit gebied tot één van de laatste echte wildernissen ter wereld behoord.

Toch wordt het gebied al jarenlang bewoond door de mens. Van oorsprong wonen hier zeven indianenstammen, waaronder de Tacana stammen. Tegenwoordig komen zij in aanraking met toeristen. Maar om hun cultuur te bewaken worden er initiatieven ontwikkeld. Zo hebben de Tacana-stammen geld gekregen van de overheid om ecolodges op te zetten. De oudste ecolodge is de Chalalan ecolodge, waar de opbrengsten gaan naar de lokale bewoners.