Het voormalige presidentiële paleis van dictator Fulgencio Batista herbergt tegenwoordig het Museum van de Revolutie. Het gebouw, ontworpen door de Cubaanse en Belgische architecten Carlos Maruri en Paul Belau, werd in 1920 in gebruik genomen door Mario García Menocal. Tot 1959 zouden er nog 59 presidenten wonen. Het gebouw vertoont classicistische invloeden en is ingericht door Tiffany in New York. Het bevat wel van de beste 20e eeuwse Cubaanse stucwerkers en van beeldhouwers als Juan José Sicre, Esteban Betancourt en Fernando Boada. De documenten, foto’s en memorabilia geven een overzicht van de Cubaanse onafhankelijkheidsstrijd vanaf de koloniale tijd, met de nadruk op de Revolutie vanaf de guerrillaoorlog. Achter het museum is een met bomen omzoomd plein wat het jacht Granma bevat. In 1959 bracht dit schip Fidel Castro en zijn kameraden van Mexico naar Cuba voor de gewapende strijd. Ook is er memorabilia van de Varkensbaai-invasie in 1961 te zien en een Amerikaanse spionagevliegtuig dat tijdens de raketcrisis in 1962 werd neergeschoten en overblijfselen van de Cubaanse aanwezigheid in Ethiopië en Angola.
Nog geen reacties